
Mr T kwam aangelopen op een lang, recht stuk. Iedereen zag hem dus al van mijlenver aankomen — iets wat sowieso het geval is, gezien zijn korte short, dunne loopstekken en allesbehalve geoefende renstijl. In de verte doemde de blokkade op. Een papa, een broer van de papa, een (wellicht stief)mama, een jonge tante (of oud nichtje) en vier opschietende koters, zichtbaar luisterend naar de namen Shania, Cheryl, Chenouka en Jan — “ja, de laatste hebben we gewoon Jan genoemd, of de mensen gaan nog denken dat we marginaal zijn”.
Denkt ge nu dat die flutfamilie ook maar één seconde uit de weg ging voor de locomotiefachtig puffende Mr T? Of dat ze één marginaal gaatje op het best wel brede pad vrijmaakten? Tarara. Toen het puntje (de clan van Shania, Cheryl, Chenouka en Jan) bij het pispaaltje (Mr T) kwam, werd maar één iemand van de weg gedwongen: bibi. Recht de struiken in. Nondezjaar! Nog luid genoeg gegrommeld van ‘ah, merci’. Waarop Chenouka met haar hersendode oogjes vriendelijk opkeek van ‘graag gedaan’. O offline wezen!
Mr T kortte van pure colère zijn galop in en stoomde huiswaarts. Nóóit gaat hij nog joggen tijdens verlengde weekends. Want dan troepen ze allemaal samen, in domeinen her en der, de fine fleur uit de rand van de samenleving. Alle Shania's. Alle Cheryls. Alle Chenouka's. En sommige Jannen. De volgende keer ram ik ze allemaal de vijvers in. Nondezjaar. Wat is dat nu. Mr T heeft geen lessen te krijgen in marginaliteit.
0 reacties:
Een reactie posten