Pages

IK RED ME WEL

Na een hele krantenpagina over Claus en een dubbelpagina over televisiesterren rijden we in het donker naar huis. Moe. En voor een keer niet meer in de stemming voor de kolder op BruStu. Dus gaat het handschoenenkastje open en wordt één van drie gekopieerde cd’s van Kommil Foo opgediept.

Het gaat over opa. Opa is stervende en zingt een lied. Opa heeft “z’n leven lang geloofd dat hij in niks geloven kon”. De rest van de biddende familie zit nu met de poepers dat opa naar de hel zal gaan. En opa, die knijpt ’m stiekem een beetje mee...:


“En als er dan een God bestaat,
een God die wikt en weegt,
die mij na kort beraad
zomaar van de tafel veegt,
ja, dan...

Bwah…

Ik red me wel…

Ik klop niet aan de hemelpoort.
(Ik red me wel.)
Ik neem de ingang achterom.
(Ik red me wel.)
Ik heb mij nooit aan iets gestoord.
(Ik red me wel.)
Dus Sint-Pieter koop ik om.
(Ik red me wel.)
Aan Jezus’ tafel schuif ik aan.
(Ik red me wel.)
Vermomd als Pater Damiaan.
(Ik red me wel.)
Ik heb m’n baard al laten staan.
(Ik red me wel.)
Ik trek m’n leprapakje aan.
(Ik red me wel.)


0 reacties:

Een reactie posten